Pagina:Bosboom-Toussaint, Eene kroon voor Karel den Stouten — Don Abbondio II (1888).pdf/350

Deze pagina is proefgelezen

en; hare trekken waren grof en hard, en geen glimlach van vrouwelijke minnelijkheid verzachtte ze ook maar eenigszins. De dikke hardroode lippen van haar grooten mond openden zich op paarlwitte tanden, dat is waar; maar ze openden zich ook altijd en vrij wijd, en zonder iets schranders of minnelijks. Hare kleur was vaalgeel, en ’t was merkbaar dat geen zoete blosjes, maar wel een vlammend rood die bleekheid kon afwisselen; haar voorhoofd was breed en vooruitstekend; de neus die recht en strak was, gaf aan dit gelaat een voorkomen van vastheid en scherpheid, dat verhoogd werd door groenachtig bruine oogen met zware zwarte wenkbrauwen, die reeds grijsden, zij was groot en vrij gezet: hare houding deftig; zij had datgene wat men noemt gedistingueerd — maar zonder gratie; hare kleeding was die van eene fatsoenlijke vrouw, wier gezond verstand haar zegt, dat iedere poging om door opschik te vergoeden wat de natuur haar weigerde, wanhopig is en slechts op het belachelijke uitloopt, en wier goede smaak haar voorlicht op eene wijze die althans niets verergert. Eene muts van blonde met een eenvoudig garneersel van paille lint, een kleed van zwarte of donkerbruine zijde, hoog aan den hals gesloten: ziedaar haar gewone toilet in huis; en zoo zat zij ook nu in haar prachtig salon om Don Abbondio op te wachten. Wat hem toch naar haar heen voerde? Tusschen haar en hem is het geen geheim meer, al is het nog niet met ronde woorden uitgesproken: hij wenscht haar tot zijne levensgezellin! Sinds lang had hij omgegaan met het ontwerp om zich eene tweede echtgenoote te kiezen. Vooral nu Eva op een leeftijd kwam, waarop zij vrouwelijke leiding of althans vrouwelijk geleide behoefde, en waarin hij zelfs hare superioriteit begon te vreezen, terwijl hij zich zonder moed voelde, haar de zijne te toonen. Maar tusschen het besluit tot een huwelijk en de keuze van eene vrouw ligt bij personen van Don Abbondio’s karakter en leeftijd nog een wijd verschil, dat door hen niet met lichtheid wordt overgetreden. Eene jeugdige gade — die zijne fortuin en zelfs zijn voorkomen hem nog had kunnen winnen, ondersteld dat ze zich met Eva goed verdroeg — zou ook voor zich zelve in de wereld willen gaan, wenschen te behagen, verstrooiingen zoeken — een leven vol onrust leiden en hem zelven