Pagina:Bosboom-Toussaint, Leycester in Nederland tweede deel (1886).pdf/286

Deze pagina is proefgelezen

vergund, het Duitsche Huis te verlaten, opdat hij zijn terugkeer niet te spoedig bekend mocht maken. Toen Daniël binnentrad, en Casembrood nevens de overige heeren bij Leycester zag, werd hij bleek, hield het hoofd gebogen en vermeed Leycester’s blik.

»Master Burggraaf!” sprak deze. »Wat is dat met die papieren van den heer van Zevenhoven?” En hij herhaalde hem, hetgeen Leoninus en Casembrood hadden gezegd. 'Uit Utrecht komende, zijt gij mij terstond wezen aandienen, hoe er de wichtigste zaken tegen Buis en anderen, door die papieren, aan het licht zouden worden gebracht; ik, mij daarop betrouwende, laat de zaak rusten, tot tijd en wijle ik daarover in persoon zoude kunnen oordeelen, of door zulke lieden, als ik volmacht zou geven; en nu hebben wij deze uitkomst. Waarom hebt ge nagelaten, mij hiervan terstond te onderrichten, toen er nog verhaal mogelijk was…?” En Leycester’s vurig oog schoot zulke vlammen van dreiging en toorn, terwijl hij deze vragen deed, dat de Burggraaf gansch zijne tegenwoordigheid van geest verloor, en zich aan zijne voeten nederwierp, zonder een woord te kunnen uiten. »Ja, sir!” sprak Leycester, »deze gesten helderen ons niets op, dan dat gij u op eenige wijze schuldig kent!”

»O! ware heer Reingoud hier!” zuchtte de Burggraaf.

»Die voor ’t minst zou hier een gansch onnutte getuige zijn!” hernam Leycester, die Reingoud nu liefst niet betrokken zag in eene zaak, waarvan hij, tegen diens bede, den Kanselier de leiding had moeten afstaan. »Gij weet, als ik, de heer van Couwenburch was met mij te ’s Hage, staande deze evenementen, daaraan hij gansch vreemd is.”

»Met oorlof van Uwe Excellentie,” sprak nu de hopman Gerrit van Remund. 'Ik zou oordeelen, dat meester Daniël evenmin schuld kan hebben. Ondanks het scherpe toezicht, dat wij hebben gehouden op den gevangene, zijn er van zijne wachten gecorrumpeerd, op zulke wijze, dat zich eene vrouw bij den gevangene heeft gevoegd. Het is even mogelijk, dat eene zulke zij in. geslopen in het vertrek, waar de papieren bewaard werden, zijnde de heer Buis altijd zeer bekommerd om zijne papieren, daarvan de heer Prouninck, die zich zeer veel moeite heeft gegeven in deze zaak, Uwe Doorluchtigheid zal kunnen onderrichten. Wij voor ons, te laat de corruptie vernemende, hebben niets kunnen doen, dan de schuldige wachters straffen.”