Pagina:Bosboom-Toussaint, Leycester in Nederland tweede deel (1886).pdf/400

Deze pagina is proefgelezen

zond Elisabeth zijn rouwbeklag over dit verlies. De Staten van Holland wilden Sidney eeren, door eene prachtige begrafenis op hunne kosten, maar de Koningin sloeg het af, en toch heeft Walsingham later geklaagd aan Leycester, dat hij niet wist, hoe de som bijéén te krijgen, die er tot eene plechtige uitvaart van zijn schoonzoon noodig zou zijn; toch heeft ze toegelaten, dat men zijn uitersten wil heeft betwist, waarin hij, over zekere landerijen, beschikte ter voldoening zijner schuldeischers, want zij zelve had er aanspraken op. De Universiteit van Oxford liet een bundel lacrymae uitgeven, maar eerst veel later schonk hem zijn vaderland de hulde van eene graftombe.

Lady Sidney had een onverwinnelijken afkeer opgevat tegen Nederland en de Nederlanders. Zoo spoedig hare krachten het toelieten, is zij naar Engeland gereisd, met hare vrouwen; en begeleid door Cecill en andere edellieden, die, als zij zelve, naar het vaderland smachtten.

Omstreeks dezen tijd, zond ook Leycester den Burggraaf naar Londen, om de Koningin zekere geheime mededeelingen te doen. Hij herinnerde zich, dat zijn neef dezen daartoe weleens had aanbevolen. De Graaf van Leycester was diep geschokt door zijn onherstelbaar verlies. Zijne gezondheid leed er onder; maar schoon hij somtijds klaagde over een kruis, dat nu met iederen voetstap zwaarder werd, hij droeg het met Christelijken moed. »Gods wil moet geschieden! Ik verdiende meer kruis, zoo mijne zwakheid het dragen kon!” zijn uitdrukkingen van berusting en ootmoed, die wij doorgaand uit zijn mond hooren, of door zijne pen neergeschreven vinden, zoo vaak hij aan deze ramp gedenkt. En hij had een roekeloos huichelaar moeten zijn, — dat hij niet was, — zoo zulke woorden niet tegelijk de stemming van zijne ziel hadden uitgedrukt, al bleven dan ook vele zijner handelingen tegenstellingen van een waarachtig Christelijken zin. Juist die strijdigheid van weten, willen en werken, maakte den Graaf van Leycester uit, zooals hij zich vertoond heeft in Holland; maakte hem tot een mensch, als ik meene…, dat er meer gevonden worden in Nederland en daarbuiten.

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

De maarschalk Pelham was gewond, als wij weten, en schoon herstellende, buiten staat zijn dienst te doen. De Graaf van Hohenlo