Pagina:Bosboom-Toussaint, Majoor Frans enz (1888).pdf/186

Deze pagina is proefgelezen

»Over te doen! Dus onderhands, zooals met de boerderij, dat hij ook voor mij heeft bered! Want om redenen kan er van publieken verkoop geen kwestie zijn."

»Dat meent Overberg ook; de vraag is maar, of gij tot het eerste zoudt kunnen besluiten."

»Ik! Wel, van ganscher harte; maar Francis… dat is wat anders! Zij hecht aan dit oude rattennest, aan familie-tradities, aan de Hemel weet wat, tot zelfs aan de heerlijke rechten, die God betere ’t, in niets meer bestaan dan den titel, en waarvan zij zich nog heel wat voorstelt. Zij heeft zich in ’t hoofd gezet eenmaal vrijvrouwe van de Werve te zijn, en ’t is hare illusie die leelijke oude cavalje nog weer eens een goed aanzien te geven."

»Dat\’s toch zoo.n kwaad voornemen niet."

»Neen! Maar zij heeft nooit goed gevonden het eenige middel aan te grijpen om tot de fortuin te komen waardoor zij dat ideaal zou kunnen verwezenlijken. Zij heeft indertijd maar te kiezen gehad uit menige goede partij, maar zij heeft al die kansen licht zinnig verachteloosd. Nu, bij de afzondering waarin wij leven, zal er wel niets van een huwelijk komen. En toch obstineert zij zich om de toekomstige ruïne met beide handen vast te houden of er een schat in verborgen lag."

»Maar gij zijt immers zelf heer en meester van ’t kasteel en hebt hare toestemming niet te vragen."

»Rechtens niet, dat is waar, maar er zou geen huis met haar te houden zijn zoo ik dat deed. Daarbij, zij heeft wel recht om er in gekend te worden. Ziet gij, neef! toen zij meerderjarig was geworden, moest ik er voor uitkomen dat een goed deel van haar moederlijk vermogen nog bij ’t leven van hare ouders als tot niets was gereduceerd. Dat was mijne schuld niet, Sir John Mordaunt hield van eene schitterende leefwijze en had zijn huis ingericht op Engelschen voet, zonder Engelsch geld, want hij was maar een tweede zoon, en zijn pensioen als marine-officier was niet toereikend. Even voor zijn dood echter was er een oud oom gestorven, die aan Francis voor haar naam een niet onaanzienlijk legaat had toegekend; ware zij een zoon geweest. dan zou de geheele schitterende fortuin van den ouden baronet met landgoederen en tot den titel toe haar ten deel zijn gevallen; nu waren eenige honderden ponden sterling al wat zij kreeg. Eer mijn schoonzoon nog tijd had gehad om over dat