Pagina:Bosboom-Toussaint, Majoor Frans enz (1888).pdf/77

Deze pagina is proefgelezen

eenigen tijd in de nabuurschap moet ophouden, en mij herinner dat ik door mijne moeder aan de familie von Zwenken geparenteerd ben."

»Zooveel te erger; op de Werve lijdt men niet bijzonder aan familiezwak."

»Daar heb ik wel van gehoord; maar ik ben geen Roselaer, ik ben een van Zonshoven, freule; Leopold van Zonshoven."

»Ik heb nooit gehoord, dat mijn grootvader relatiën heeft gehouden met heeren van dien naam. Maar als gij geen Roselaer zijt, is er reeds minder kwaad bij, en om de vreemdigheid dat een lid der familie zich aan ons gelegen laat liggen, zult gij misschien succes hebben bij den generaal. ’t Is immers wel zeker, dat gij niet voor zaken komt?"

»In dat geval zou ik een procureur of notaris hebben gezonden en zorg dragen, dat men er freule Mordaunt niet mee ging bemoeien."

»Dat zou toch verkeerd zijn," hernam zij ernstig. »de generaal is diep in de zeventig en heeft veel verdriet gehad in zijn leven. Ik wil het u niet verhelen dat hij in velerlei zorgen en bezwaren zit en dat ik, zoo vaak ik kan, tracht te voorkomen, dat men hem daarmee lastig valt."

»Met het afwenden van hetgeen lastig is, heeft men het echter nog niet uit den weg geruimd, zou ik meenen," antwoordde ik, terwijl ik haar met zekere opzettelijkheid aanzag. Het waren diepe, donkerblauwe oogen, die toen mijn blik troffen.

»Aan wie zegt gij het?" hernam zij met een zucht, terwijl zij die sprekende oogen neersloeg en zich een trek van lijden op haar gelaat teekende. »Maar toch, ik doe daarin al wat ik kan, al is ’t niet alles wat ik zou willen; daarom, ik herhaal het, als er iets onaangenaams schuilt voor hem achter uw bezoek, zeg het dan liever ronduit aan mij; mogelijk kan ik er nog iets op vinden."

»Ik kan u alleen zeggen, dat ik uwe pogingen om den generaal leed en last te besparen, uit al mijne macht zou willen steunen."

»Dat doet uw hart eer aan; maar als gij er zoo over denkt, aarzel ik u als een lid der familie te erkennen, want dat strijdt geheel tegen onze traditiën."

»Dat is wel mogelijk, maar noem mij gerust neef, want er zijn excepties, en ik hoop te bewijzen dat ik er toe behoor."