Pagina:Bosboom-Toussaint De graaf van Devonshire (1884).pdf/246

Deze pagina is proefgelezen

geweest is om er niet veel aan te hechten; maar alleen om mijne eer en die van anderen tegen valsche aantijging te handhaven. De Koningin was steeds mijne weldoenster, en het is nooit in mij opgekomen haar gezag aan te randen. Ik had geen belang om dit te doen, en ik deed het niet. Het is waar, ik deelde Hare Majesteit de plannen van Wyatt in het eerst niet mede, omdat ik ze voor de hersenschimmen hield van een opgewonden geestdrijver; maar toen ik begon in te zien, dat ze tot uitvoering konden komen, heb ik er kennis van gegeven. Die berichten zijn ongelukkig in zeer verkeerde handen gevallen, en tot mijn nadeel uitgelegd geworden. Verder laat ik het aan het oordeel van deze edele Lords over, of zij naar plicht en geweten mij op zulke gronden kunnen veroordeelen, en verlaat ik mij op God Almachtig en den Heiligen Joris, mijn patroon!” Hij zette zich neder, en zag ernstig en rustig op zijne rechters.

De doodstraf, zooals zij toen toegepast werd op de misdaad van hoogverraad, was eene der verschrikkelijkste martelingen, door de scherpzinnigheid der menschen uitgevonden om zich zelven of de maatschappij te wreken; eene straf, zelfs barbaarsch in die barbaarsche tijden en voor een volk, nog zoozeer met bloedige tooneelen gemeenzaam. Zij was de straf waartoe Essex veroordeeld werd [1], die Balthazar Gerards onderging.

Courtenay wist dit, en men mag veronderstellen, dat hem het moedige hart sterker klopte, toen hij van de lippen der rechters het »schuldig” hoorde lispelen. Niet allen stemden zoo. Er waren nog edele, moedige mannen onder hen, die zelfstandig durfden zijn, ook onder de oogen van den Kanselier; doch zij hadden de meerderheid niet. En de voorzitter stond op het punt het laatste beslissende woord uit te spreken, toen iemand met luider stem eischte binnengelaten te worden, in den naam der Koningin en der gerechtigheid. De Maarschalken geleidden nu eenen man binnen. Het was Chandos.

»Ik heb een ernstig woord aan u, Mylord, president!” zeide deze. »De gevangene Wyatt heeft zijn vonnis ondergaan, maar

  1. Veroordeeld, doch hij onderging haar niet, maar werd in den Tower onthoofd.