Pagina:Bosboom-Toussaint De graaf van Devonshire (1884).pdf/402

Deze pagina is proefgelezen

stem gunde, omdat ze geregeld werden uit Brussel, omdat hij alleen Regent was van Spanje, en omdat de Raadslieden, de Voogden van den jongen Koning, met den persoon van dezen, alle andere belangen, die aan zijn schepter waren vastgehecht, in hunne macht hadden. Wij zullen uit des Kardinaals eigen mond hooren, hoe Spanje leed onder die ongelukkige verhouding; het is ons nu genoeg te weten, dat hij onder al die worstelingen tachtig jaar was geworden, nooit een enkelen staatsplicht had verzuimd, en toch geen enkelen plicht van zijn godsdienst ongedaan had gelaten; want hij geloofde met een oprecht geloof, zonder te vervallen tot die zwakheid des geestes, die henenvoert tot dweperij; want, terwijl hij zich zelf niet ééne genieting der zinnelijkheid veroorloofde, stichtte hij vrouwenkloosters, vreedzame toevluchtsoorden voor verarmde edeldochteren, waarin ze werden opgevoed voor de wereld, om tot de wereld te gaan als die haar aantrok, en waarin alleen eene besliste roeping voor altijd wijkplaats gaf. Terwijl hij het Christendom door dwang en zachtheid uitbreidde onder Joden en Heidenen, trachtte hij de Christenheid te verlichten, door te zorgen voor zuivere vertalingen van den Bijbel [1], door eene ruimere verspreiding van dit Heilig Boek, door toe te zien op de verbetering der geestelijkheid. Hoewel blind rechtvaardig en onverbiddelijk streng in het toepassen der wet, heeft hij nooit het menschelijk gevoel opgeruid door daden van wreedheid, en zelfs zijne vijanden hebben hem niet kunnen beschuldigen van ééne persoonlijke wraakneming. Hij kon Mazarin worden ter zijde gesteld in behendige staatskunst, maar hij was rein van diens kruipende eigenbaat; hij was geen slechter Regent dan Richelieu, maar hij was vromer Kardinaal, beter mensch; hij hield zijn Koning niet minderjarig als deze; maar toen zijn Koning minderjarig was, waakte hij voor de rechten van het koningschap en voor de welvaart van het volk. Zoo zeker was hij de man, dien God aan Spanje gegeven had, opdat het een groot en zelfstandig Koninkrijk mocht blijven, in een tijd, waarin het gevaar liep, om niets te worden dan een Vlaamsch winge-

  1. De drukproeven van den polyglotten Bijbel werden door hem zelf nagezien.