Pagina:Busken Huet, Litterarische fantasiën en kritieken Deel 1 (1868).pdf/46

Deze pagina is proefgelezen

Amsterdam gevlagd en is van den Haarlemmerdijk de vreugdevlam der ontstoken teertonnen ten hemel gestegen. Zoomin echter in de hoofdstad des Rijks als op eenige andere plaats in Nederland heeft ook slechts gedurende één sekonde het hart de volks van blijdschap geklopt, toen de mare zich verspreidde dat Vondel gekroond zou worden. Welsprekende kalmte, à l'unisson met het gesloten blijven der boekerijen!

Tusschentijds is de wet op het middelbaar-onderwijs gekomen, en hebben een aantal gemeenteraden, ten einde aan de nieuwe voorschriften te voldoen, het aanzijn geschonken aan een evenredig aantal leeraren in de nederlandsche taal en letteren. Vondel is daarbij tot op zekere hoogte niet kwalijk gevaren. De verraste docenten, te eerlijk en te eerzuchtig om kollege te geven over een schrijver in wiens werken zij het mes nog moesten zetten, zijn met eene uitgaaf van Roelants in hun koffertje naar de plaats hunner nieuwe bestemming gereisd en hebben, tusschen een bezoek bij den burgemeester en een bezoek bij de wethouders, vlijtig den PRins der nederlandsche dichters gelezen. Toen het nieuwe lokaal ingewijd was en de lessen een aanvang zouden nemen, waren zij gereed.

Gelukkige hoogere-burgerscholen, hoe benijdt een nog hooger onderwijs u dat voorregt, door eene badensch-wurtembergsche wet u opgelegd! Aan onze universiteiten staat Vondel op de Series Lectionum alleen voor memorie uitgetrokken, en met den hoogsten lof kan men aldaar tot doctor in allerlei letteren bevorderd worden, zonder in het minst te weten, of te willen weten, hoe Joost van zijne snaren leefde.

VAn onze hoogescholen gebannen, op onze burgerscholen een nieuweling, in onze huisgezinnen een gesloten boek, in onze boelverkooperswereld een incourant artikel, door de grooten aangegaapt, door het volk vergeten, zou Vondel inderdaad regt hebben te vragen om welke redelijke reden men hem onder ons een standbeeld gaat oprigten; en, tenzij tweehonderd jaren slapens in de Nieuwe Kerk te eenemaal bij hem den lust in het hanteren van roskam en rommelpot hebben uitgedoofd, moet de eerste beweging van zijn gemoed, wanneer de gebruikelijke fanfares hem het strijken zijner linnen kiel zullen