Pagina:Carel Allard - Nieuwe Hollandse scheeps-bouw (1695).pdf/22

Deze pagina is niet proefgelezen

NIEUWE HOLLANDSE moeder van Elizabeth van Heffen, Vrouw van Jan, Graaf van Naffat. Adelede van Catzenellebogen leefde Anno 1280, was ook moeder van den Keizer Adolph van Naffau, als mede van Machteld, Vrouw van Rudolph van Habsburg, mede Rooms Keizer. ADHELTS erfgenaam van VIANDE, (zynde het derde quartier) bracht dit Graaffchap over aan Otho van Naffau, haar man, Graaf van Dillenburg, leevende in 't jaar 1368. DIETS (het vierde quartier) is aan Naffau gekomen door Jutta, erf- genaam van de Graaf van Diets, troude Adolph, Graaf van Nassau, Vian- de enz. flurf A. 1420. Op het Hart flaat het Wapen van CHALON, geekarteleerd met ORAN- JE, 't welk oorspronkelijk is van Renne de Chalon, van welke Willem 1, Prins van Oranje, en Graaf van Naffau (wiens vaders broeders zoon hy was) bet geërfd heeft. Op het hart van Chalon en Oranje ftaat GENEVE, afkomende van Jan de Chalon, met Maria de Beaux, Princeffe van Oranje, Dochter van Reimond de Beaux, Prins van Oranje, en Graaf van Geneve, door zyn Vrouw Jo- banna van Geneve, Oorſpronk van de ORDER VAN DE KOUSSEBAND, die aangeweezen Vabayod is in de Vlag van No. 2. DOU It Wapen word veeltijds omflingerd met DE ORDER van de KOUSSE-BAND, in 't jaar 1347 ingesteld door EDUARD III, die opgeraapt hadde de Blaauwve Kouffe-band van de Danffende GRAAVINNE van SALESBURY, welke Kouffe-Band hy daar na droeg aan zijn flinker been, tot een faveur; De Koningin, zijn gemaalin,daar over geoffenfeerd zijnde, wierd de Koning Zulks aangediend van eenige van zine Grooten, tot de welke de Koning al lacchende zeide; HONI SOIT QUI MAL Y PENSE; dat is; hy zy gehaat, die daar quaad van denkt. Daar by voegende, dat hy zoude maaken dien Kouffe Band tof een eer voor alle die de zelve zoude draagen; en niet lange daar naar in- fielde deeze Ridderlijke Order, geevende elke Ridder een Kouffe-Band, rij- kelijk geborduurd met goud en koftelijke gefteenten, met het zelve DEVYS daar op. Dic deeze Ridderen altijd droegen onder de knie van haar flinker been, vat. A 58