Pagina:Correspondance de Guillaume le Taciturne, prince d’Orange, 1857.djvu/20

Deze pagina is proefgelezen


" Alzoe myne heeren van den staten ’tshertochdoms ende ’tslants van Brabant hadden der Excellencie van mynen heere den prince van Oraengien, ende by henne gedeputeerde, doen presenteren gewillich te wesen die handt te houden tot d’administratie van ’t heilich doopsel van Zyne Excellencie jonghe dochtere, die hem God die Heere nu lestmael heeft verleent gehadt, soo verre sy souden moghen verstaen dat hunne voirschreve onderdanighe presentatie Zyne Excellencie soude aengenaem weesen, soe eest dat Zyne Excellencie den voirschreven gedeputeerde grootelycks heeft bedanckt van de voirschreve presentatie, ende goede affectie die myne heeren van den staten van Brabant tot Zyne Excellencie altyt hadden gedraeghen, ende alnoch waren dragende, ende die voirschreve presentatie hoochdankelyck geaccepteert ende aengenomen, ende syne dienst met goede ende lichaeme gepresenteert t’employeeren tot voordeel van die van Brabant. Ende dyen volgende, hebben myne heeren van den voirschreven staten van Brabant, om t’effectueren die voirschreve presentatie, tot behoeve van de voirschreve nyeuwe geboren dochtere, genaempt Charlotte Brabantine, over de vonte gegeven ende beghyft met twee duysent guldens erffelyck, tot twintich stuyvers den gulden gerekent, te quytene den penninck xvj, die men, met consent van den leden van de steden van Brabant, loffelyck soude hypothiceren ende bepanden op eenighe goede, vaste ende sufficiente panden, ende jaerlycx zeer wel doen betalen. Ende om die voirschreven ghifte van twee duysent guldens erffelyck der voirschreven dochtere van Zyne Excellencie te versekeren, soo hebben myne heeren die edelen tslants van Brabant geadviseert ende geconsenteert dat men van de voirschreve twee duysent