Pagina:Couperus, De boeken der kleine zielen (1901-1903).djvu/401

Deze pagina is proefgelezen

— Ik was al gekleed, zei Gerrit goedig.

— O! antwoordde Paul goedmoedig. Nu, dat kwam dan wèl goed uit...

Er was een sarcasme in zijn toon, dat aan Gerrit, dof, ontging.

Paul besloot, zich rekkend, op te staan. En een ogenblik bleef hij voor Gerrit, in zijn roze nachthemd en zijn Indische batik-broek.

— Maar zou hij wel gek zijn... Ernst? vroeg hij.

— Misschien is het niet zo erg... meende Gerrit.

— Iedereen is een beetje gek.. . zei Paul.

— Nou... zei Gerrit, beledigd.

— Neen, jij niet, zei Paul, goedmoedig. Jij niet, en ik ook niet... Maar iedereen heeft anders een tikje... Ik ga mijn bad nemen.

— Haast je wat.

— Ja...

Paul verdween in zijn badkamertje, en Gerrit, stikkend, gooide open de ramen, zodat de slaapkamer plotseling vol was van het geruis van de regen. En Gerrit zag rond. Hij kwam hier bijna nooit, bij Paul, en nu trof hem de keurige netheid van Pauls kamer. Hij had een zitkamer, een slaapkamer, en een kabinet, waar hij zijn bad had geïnstalleerd.

— Wat is de kerel netjes, dacht Gerrit, en zag rond.

De slaapkamer, klein, hield niets in dan een koperen bed, een noten spiegelkast, een noten tafel en een paar stoelen. Er slingerde geen enkel voorwerp. De kussens van het bed vertoonden maar even de indruk van Pauls hoofd; de dekens, toen hij opstond, had hij met een brede slip weggeslagen, voorzichtig, als om ze niet te kreuken.

In het kabinet hoorde Gerrit Paul ruisen met water. Het was of hij de spons uitkneep met een keurige bedachtzaamheid, om geen druppel te storten buiten zijn bad. Het baden duurde heel lang. Daarna bleef alles stil.

— Haast je je wat? riep Gerrit nerveus.

— Ja... riep Paul terug, met een kalme klank van stem.

— Wat voer je uit... Ik hoor je niet meer.

— Ik verzorg mijn voeten...

— Kerel, kan je niet voortmaken? Of wil ik maar vooruit gaan...

— Neen, neen... ik stel er prijs op met je mee te gaan... Maar ik moet mij toch eerst kleden, niet waar.

— Maar kan je dat niet wat vlugger doen.

— Ja... goed, ik zal mij haasten.

Er tikten een paar scherpe geluidjes als van scharen, vijltjes, die werden neergelegd op het klinkelend marmer. Gerrit herademde. Maar omdat alles daarna weer stil werd, riep Gerrit na een poze:

— Paul...