Pagina:Couperus, Psyche (1898).pdf/148

Deze pagina is proefgelezen

vermoord!! Arm kind, jij moordenares...! Robijnen ween je... Boete wil je doen! Sterk ben je, Psyche, en eeuwig jong... Boete wil je doen, na al je zonde! Emeralda heeft boete je opgelegd... Zoeken den Steen van de Wijzen, in de krochten der vlammende hel!! O, Psyche, de Steen bestaat niet. De onuitspekelijke naam is legende. Het juweel bestaat alleen in den hoogmoed van de menschen. Het heelal is alruim, de godheid is niet begrensd; geen stralen van edelsteen kunnen de godheid bereiken en overheerschen. Geen blikken door glazen van diamant kunnen haar doorgronden. Het is alles hoogmoed en ijdelheid. Psyche, er is niets dan berusting. Emeralda is machtig, maar machtiger kan zij niet worden... Te vergeefs zal je zoeken.

— Toch zal ik zoeken, Astra, al is het te vergeefs... En leg mij zuster, ook boete op... Laat mij boete doen voor Astra, als ik boet voor Emeralda.

Neen, kindje. Ik weet geen boete. Er is niets dan berusting. Er is niets dan af te wachten. Al het andere is ijdelheid en hoogmoed. Maar doe de boete, kleine Psyche. Boete is illuzie, maar illuzie is mooi, illuzie veredelt. Geloof, arm kind, aan je boete, geloof aan je