Pagina:Couperus, Psyche (1898).pdf/20

Deze pagina is proefgelezen

die dongen om hare hand. Zij sprak nooit anders dan om te bevelen, en alleen voor haar vader boog zij het hoofd. Zij droeg altijd zwaar brokaat, zilver- of goud-, en bezaaid met gesteente, en lange mantels van ruischend sindaal met breed hermelijn omzoomd; een diadeem van de eêlste juweelen flonkerde steeds in haar rossiggoud haar, en ook haar oogen waren juweel: twee prachtige groene smaragden, waarin een zwarte karbonkel was de pupil; en men fluisterde geheimzinnig, dat haar hart was geslepen uit én enkelen reuzerobijn.

O, Psyche was zo bang voor haar!

Als Psyche dwaalde door het kasteel en zij eensklaps Emeralda zag komen, met twee pages vooruit, flambouwen, schildknapen, jonkvrouwen, die droegen haar sleep, en een twintigtal hellebaardiers, dan sloeg haar de angst naar de keel, en ijlings verborg zij zich achter een deur, een behang, waar ook maar, en ruischte dan Emeralda voorbij met een groot gekraak van satijn en van goud, en al het voetstapgedaver van haar gevolg, dan klopte Psyche's hartje heel hoog, als een klokje, tik, tik, tik-tik, tot zij meende flauw te vallen... Dan kneep zij de oogen dicht om niet te ontmoeten den kouden trotschen blik van Eme-