Deze pagina is proefgelezen
koffer te vervoeren, droeg dien van daar op zijnen schouder naar la Place de la Bourse au grand hôtel de Tours, (*)[1]
alwaar ik voor 1 1/2 franc daags op den vierden étage No. 57 betrok. Na mij een weinig verkleed te hebben, begaf ik mij naar den atelier van den Heer van ijzendijck, rue chaussée d'Antin, die vroeger, zoo als ik, den grooten prijs aan de Akademie te Antwerpen behaalde. Ik dacht er mijnen vriend marinus, een bekwaam landschapschilder, kortelings uit Italië terug gekeerd, aan te treffen, hetgeen in dit uur het geval niet was. Na eene wijl in den atelier van den Heer van ijzendijck verpoosd te hebben, en denzelven verlatende, was mijn guide, die mij aan de deur
- ↑ (*) Het is opmerkelijk, welk een last deze commissionnairs op hunne schouders laden, en waartoe een Amsterdamsche kruijer eenen kruiwagen behoeft. Toen ik mijne luttele intrede in 1822 te Parijs deed, was het de vrouw eens commissionnairs, zeer netjes uitgedoscht, en met een taffen boezelaar prijkende, die mijnen waarlijk zwaren koffer, ofschoon in geen vergelijk van dezen massiven van onzen reiziger, op hare schouders laadde.
Ook op mij maakte de intrede van Parijs, van den kant van Peronne geen de minste indruk. Zij, die naar Parijs gaan, moest men illusie's halve langs de champs Elysées daarhenen kunnen geleiden.de uitgever.