Pagina:Da Costa's Kompleete Dichtwerken (Hasebroek, 1876).pdf/362

Deze pagina is proefgelezen


Blijf een zoon uit Jacobs lenden,
thands niet meer door vleesch en bloed,
maar door 't hopende gemoed,
waar die vaadren God door kenden!
Dien den Hoop van Abraham,
dien de Heiland van uw stam,
leef ter eere diens Ontfermers!
  Strijd, in Zijne roeping sterk,
voor de Nederlandsche Kerk!..
voor het Huis der Kerkbeschermers!

O mijn telgjen! in ons leven,
in ons sterven zijn wy Gods!
Hy is onze vaste Rots!
't zij we in vreê te Hemwaart streven,
of (indien ik uiten mag,
't geen deze onvergeetbre dag[1],
voor het oog der ziel doet stralen)
langs des heilgen Jonglings spoor,
dien der Heilgetuigen koor
de eerste bloedkroon zag behalen.

1825.




JERICHO.

Door het geloof zijn de muren van Jericho gevallen,
als zij tot zeven dagen toe omringd waren geweest.
Heb. XI: 30.
Zoo de kracht van 't zwaard zal gelden,
Caleb is een bloem der Helden,
Josua, een machtig Hoofd,
wien de glorie is beloofd;
over den Jordaan getrokken,
staat heel Isrel onverschrokken
tegen 't Cananeesche rot;
doch, o Jericho! uw wallen,
zullen voor geen wapens vallen,
maar voor d'adem-zelf van God!

De Arke Gods vooruit gedragen,
den bazuinklank aangeslagen,

  1. De aloude Christenheid herdacht den marteldood van Stephanus op den tweeden Kersdag.