Pagina:Da Costa's Kompleete Dichtwerken (Hasebroek, 1876).pdf/431

Deze pagina is proefgelezen
verbergen?)! hebt ge uw deel, als zy, reeds by dien Heer
gevonden, die u roept, en noodigt keer op keer,
om aan Zijn voeten rust en vree voor uw harten
te vinden, onvervreemd ook in de grootste smarten!
Ach ! wat de wereld geeft is enkel ijdelheid!
Ook ’t geen de jeugd belooft ten ondergang bereid:
maar u! een beter zucht werd u in ’t hart gegeven!
Één ding is noodig! Slechts by Jesus is het leven
des levens, slechts by Hem, die zondaars met Zijn bloed
verlost, en door Zijn Geest het needrig zacht gemoed
van d’ eenig waren weg des heils wil onderwijzen!
Naar Hem te hooren, Hem te dienen, Hem te prijzen,
Hem ’t onverdeelde hart te geven, dat ’s de roem,
’t onvergelijkbre deel van Sions joffrenbloem’
Met dezen blijve uw keus. Hy zal de gaven heilgen,
ten hulde aan Hem gebracht, Hy, ’t maagdelijk hart beveilgen,
tot dat hier door Zijn gunst de feest- en huwlijkspsalm
met steeds vermeêrde vreugd ook u ter eer weêrgalm’.
Tot u ook richt mijn zang den feestwensch! o gy allen,
vergaderd in dit uur met heuchlijk welgevallen
in de onuitspreekbre vreugd van ’t Godbehaaglijk paar!
gy, magen, vrienden, en gy, eedle vrouwenschaar!
Gy, grijzaart! gy vooral uitstekend in ons midden
als Boet- en Vreêgezant des Konings, dien we aanbidden,
gy wiens eerwaarde hand, wiens herderlijke mond
den echt mocht zeegnen en verzeeglen naar ’t verbond
des Gods van Isrel, in Wiens heil de volkren roemen!
En gy, geliefde vriend[1], dien ’k broeder juich te noemen
met meer dan broederschap des vleesches, Gy door God
zoo teêr, zoo na, zoo naauw verbonden aan mijn lot,
aan ’t lot van heel mijn huis, aan ’t lot der echtelingen,
met wie we op dezen stond eenstemmig Hallel zingen!
U allen zy dees dag tot heilgedachtnis!
Tot tuige, wie die God, de Heilge Isrels is,
die om Zijn vreêbanier verzoenend Jood en Heiden
ook heden samenbracht wat zoo veel eeuwen scheidden,
en juicht hier ook met hen, die Hy uit Jacobs huis
te rug leidde in Zijn gunst door hun Messias kruis;

  1. De Heer Willem de Clerq.