Pagina:Da Costa's Kompleete Dichtwerken (Hasebroek, 1876).pdf/701

Deze pagina is proefgelezen
Gaan wy op, om dáár te danken by het breken van het brood,
by het zeegnen van den beker, Hem verkondigend, Wiens dood
ons het leven heeft verworven en een eeuwig koninkrijk!
Zitten we aan, het oog naar boven, hart en bede te gelijk
over kroost, gezin en Isrel, over Kerk en Volk gestrekt,
in ' t geloof des grooten Goëls, uit de dooden opgewekt.





IN HET ALBUM VAN
DEN WELEERW. HEER A. VERSTEEGH,
BEROEPEN PREDIKANT TE NIGTEVECHT, OP DEN DAG ZELVEN DER TIJDING VAN ZIJNE GEVAARLIJKE KRANKHEID.
5 April 1858.


Versteegh, van God geleerd wat in geen aardsche scholen,
verneembaar, geen vernuft, geen wijsbegeerte geeft,
maar voor verstandigen by eigen licht verholen,
in 't hart der kinderkens, gewekt van Boven, leeft!
Versteegh, van God begaafd om met bazuinenklaarheid
't van Hem ontfangen Woord te spreken, Hem ten lof,
en Jesus, d' een'gen Weg, het Leven en de Waarheid
bekend te maken aan den balling op dit stof!
Hoe is ons 't hart te moê, als tusschen hoop en schrikken
verdeeld om 't geen in u al wat u lief heeft, treft!
Hoe zien wy starend uit wat van u zal beschikken
de Heer, tot Wien ons oog in tranen zich verheft! —
Vrees niet (dus fluistert ons een zachte stem in de ooren)
dees krankheid, nooit ter dood, bewerktuigt hem te zaam
om ' t Lam in heerlijkheid te zingen met de koren
des hemels, of op aard te kampen voor Zijn naam.





AAN MEJUFVROUW E. D. C. DE BORDES,
BY HAAR VERTREK UIT AMSTERDAM.


Vriendin en Dochter! want dus acht u 't vriendenhart
om 't geen ge in lief en leed ons altijd zijt bevonden,
sints 't eerst u aan ons huis één zelfde zoete smart,
om Hanna, tot haar Heer geroepen, heeft verbonden.
Neen, 't zy rondom Gods Woord in éénen kring vereend,
  of aan één zelfde disch gezellig aangezeten,