Deze pagina is proefgelezen
nadenkend aan den disch uws Overwinnaars spijzen,
en, eerlijk Edelman, eens vijands krijgskunst prijzen!
en, eerlijk Edelman, eens vijands krijgskunst prijzen!
Maar vóór het vallen van den avond en nog vóór
dat de Arragonner weg en degen hier verloor,
wat deinend wisslen van de hoop! Wat overspanning
van woede ginds en hier! Wat steeds op nieuw vermanning,
in duizenderlei vorm, van duizenderlei dood!
Wat uit de diepten-zelf van lijfsgevaar en nood
weêr aangegrepen moed, trots wreede lichaamspijnen!
Wat davrend moordmuzijk: geknal van karabijnen, —
gekletter van het staal, dat indringt of verplet,
het pantser beukt en deukt, — geknetter van ’t musket, —
waaronder ’t schutgevaert uit zijn ontsloten kelen,
uit zee, van strand, op ’t veld, begonnen in te spelen,
of dondrend uit het zand, door Maurits kunst bevloerd,
zijn grove basstem mengt. De waatren zijn ontroerd,
en rijzend met den vloed bezetten en beëngen
de ruimten van het strand en worstelperk, en brengen
den strijd steeds dieper in het duin. De zon, — de zon
van uit haar loopplaats, sints het vreeselijk pleit begon,
streed meê en blindde ’t oog der Spaansche tegenstanderen,
door diep beleid hun stelling te veranderen.
De ontknooping draalt, neen! wijkt. Een pijnigend verlangst
naar de eindbeslissing, een van weêrszij zeldzame angst
bevangt en overmant de harten, niet om leven
of lichaam, sedert lang het krijgslot prijs gegeven,
maar om de zege of smaad van Spanjes kroon en vaan!
de vraag: zal Nederland stand houden of vergaan?
dat de Arragonner weg en degen hier verloor,
wat deinend wisslen van de hoop! Wat overspanning
van woede ginds en hier! Wat steeds op nieuw vermanning,
in duizenderlei vorm, van duizenderlei dood!
Wat uit de diepten-zelf van lijfsgevaar en nood
weêr aangegrepen moed, trots wreede lichaamspijnen!
Wat davrend moordmuzijk: geknal van karabijnen, —
gekletter van het staal, dat indringt of verplet,
het pantser beukt en deukt, — geknetter van ’t musket, —
waaronder ’t schutgevaert uit zijn ontsloten kelen,
uit zee, van strand, op ’t veld, begonnen in te spelen,
of dondrend uit het zand, door Maurits kunst bevloerd,
zijn grove basstem mengt. De waatren zijn ontroerd,
en rijzend met den vloed bezetten en beëngen
de ruimten van het strand en worstelperk, en brengen
den strijd steeds dieper in het duin. De zon, — de zon
van uit haar loopplaats, sints het vreeselijk pleit begon,
streed meê en blindde ’t oog der Spaansche tegenstanderen,
door diep beleid hun stelling te veranderen.
De ontknooping draalt, neen! wijkt. Een pijnigend verlangst
naar de eindbeslissing, een van weêrszij zeldzame angst
bevangt en overmant de harten, niet om leven
of lichaam, sedert lang het krijgslot prijs gegeven,
maar om de zege of smaad van Spanjes kroon en vaan!
de vraag: zal Nederland stand houden of vergaan?
Heel Neêrland, Zuid en Noord, deelt in de hachlijkheden
van d’ ongelijkbren dag, door hoop en vrees bestreden
by beurten! naast en meest Ostende, waat het zwerk
aan oog of oor van verr’ den gang van ’t oorlogswerk
laat gissen of verstaan, — of ’t enklen vluchtelingen,
dwars door den vijand heen, gelukte door te dringen,
met weiflend antwoord of del fel bedreigden vraag
maar dezen eb en vloed van zege en nederlaag.
Daar ’t eerst is de uitslag dood of leven. Daar vergaadren,
benepen en benard, ’s Lands uitgetrokken Vaadren,
van d’ ongelijkbren dag, door hoop en vrees bestreden
by beurten! naast en meest Ostende, waat het zwerk
aan oog of oor van verr’ den gang van ’t oorlogswerk
laat gissen of verstaan, — of ’t enklen vluchtelingen,
dwars door den vijand heen, gelukte door te dringen,
met weiflend antwoord of del fel bedreigden vraag
maar dezen eb en vloed van zege en nederlaag.
Daar ’t eerst is de uitslag dood of leven. Daar vergaadren,
benepen en benard, ’s Lands uitgetrokken Vaadren,