waardig te zien dat er zooveel van de zelfde planten leven op de besneeuwde toppen der Alpen of Pyreneën en in de noordelijkste gedeelten van Europa; maar het is nog veel merkwaardiger dat de planten der Witte bergen in de Vereenigde Staten van Amerika de zelfden zijn als die van Labrador, en bijna allen de zelfden als die van de hoogste bergen van Europa, volgens zeggen van asa gray. Reeds in 1747 gaven zulke feiten gmelin aanleiding om te besluiten dat de zelfde soort onafhankelijk op verscheidene van elkander verwijderde punten was geschapen; en wij zouden in dat geloof gebleven zijn, indien agassiz en anderen niet de aandacht der natuurkundigen met aandrang op den ijstijd hadden gerigt—op den ijstijd, die, zooals ons terstond zal blijken, eene eenvoudige verklaring geeft van die feiten. Wij hebben eene menigte bewijzen van allerlei aard, dat, in een zeer jong geologisch tijdvak, het midden van Europa zoowel als van Noord-Amerika een koud klimaat heeft gehad. De puinhoopen van een verbrand huis spreken niet duidelijker van het vuur dat hen eens verteerde, dan de bergen van Schotland en Wales met hunne gegroefde hellingen, afgeslepene oppervlakten en zwerfblokken spreken van de bergijsstroomen, waarmede hunne dalen eens waren gevuld. Zoo grootelijks is het klimaat van Europa sedert veranderd dat er in het noorden van Italië reusachtige steendijken, morainen, zijn, door oude bergijsstroomen daar neder gelegd, die nu bedekt zijn met mais en begroeid met den wijnstok. In een groot gedeelte der Vereenigde Staten wijzen zwerfblokken en gesteenten door drijvende ijsbergen gegroefd en gekrast, ten duidelijkste op het bestaan van een vroeger koud tijdperk.
De vroegere invloed van het koude klimaat op de verspreiding der bewoners van Europa, zooals die met de grootste klaarheid door edward forbes is voorgesteld, komt in de hoofdzaak op het volgende neder. Doch wij zullen de daardoor gebeurde veranderingen het gemakkelijkst volgen, door ons te