Pagina:De Volks-Missionaris vol 006 (no 008).pdf/27

Deze pagina is proefgelezen

Kroniek

DER

Kapel van O. L. Vrouw in ’t Zand

TE

ROERMOND.


Het groote Jubilé, zoolang reeds verbeid, is dan gekomen, en doet zijne zegeningen reeds in overvloed neerdalen. Geven wij thans de beschrijving der feestelijkheden, welke reeds hebben plaats gehad.

Zaterdag 18 Juli.

Dit was de vooravond van den grooten openingsdag. Dagen en weken te voren had men met allen ijver gewerkt, om het genadenoord zoo van binnen als van buiten een rijk en smaakvol aanzien te geven. Vooral dien dag echter was alles in de weer, om de laatste hand er aan te leggen, en zag men bedrijvigheid van alle kanten. Daar kondigt het geschut aan, het was 5 minuten voor zessen des avonds, dat de tijd der opening gekomen is, en nauwelijks heeft de klok geslagen, of het statig klokgebrom van alle torens der stad huwt zich aan de zilveren tonen van het Mariaklokje der Kapel. Zij allen roepen u toe: Annuntio gaudium magnum: ik kondig u een groote vreugde aan, voor u en voor geheel het volk; zij noodigen inwoners en vreemdelingen uit, om de opening van het Jubilé te komen bijwonen.

Kom, laat ons de versieringen der Kapel in oogenschouw nemen. Daar op het plein vóór het genade-oord staat een vijftien meter hooge triomfboog; vijf torens verheffen zich rank de hoogte in en dragen in hun spits wapperende vlaggen. Twee meer dan levensgroote engelen, basrelief als beeldwerk geschilderd, staan omlaag en groeten Maria met de engelenwoorden: Ave, Maria, gratia plena: Wees gegroet, Maria, vol van genade. De boog zelf noodigt allen uit door de volgende chronogrammen: