27
ting zeer veel tijd zoude vorderen, die ik welligt op eene aangenamer wijze elders besteden konde, en phantasia zeide, dat, indien de heeren die gebouwen vol geleerdheid ingingen, zij de voorkeur gaf aan eene wandeling over het groote square, dat wij door het hek heen konden zien, en waar, te midden van lanen en perken met voorjaarsbloemen, zich de heerlijkste gewrochten van oudere en nieuwere beeldhouwkunst aan het oog vertoonden, als om hare woorden van straks te bevestigen, dat de ware kunst nog steeds in eere werd gehouden.
Toen wij aan de andere zijde van het square waren gekomen, begreep ik de aarzeling van baco. Voor ons breidde zich, zoo ver het oog zien kon, eene reeks van gebouwen uit, die veeleer deed denken aan eene stad van matige grootte dan aan eene voor het bewaren van louter boeken bestemde plaats. »»Gij ziet, dat gij hier eene keus zult moeten doen, willen wij mijne vriendin niet al te lang alleen laten, zeide baco. Van welk vak van menschelijke kennis verlangt gij de boekverzameling te zien?""
»Mij boezemen de geschriften over natuurwetenschap het meeste belang in."
»»Aan eene bezigtiging van al de gebouwen, waarin deze bewaard worden, kan niet gedacht worden. Gij moet u veel meer beperken.""