Pagina:Een klein heldendicht.djvu/94

Deze pagina is gevalideerd

„Zullen we verder over 't socialisme
spreken of niet?" En zij keek stil uit hare
warmte naar hem op en zei: „Ja heel graag."
Toen begon hij, hij was een bleeke man
met donkre knevels, zijn gelaat blonk vochtig.
„Nu zal ik je nog eens vertellen hoe
het kapitaal wordt in de groote wereld
waarin wij wonen: onze maatschappij.
Laten wij stil voortwerken en toch praten,
onder ons werken socialisten zijn."

En hij dacht een poosje als in een zoeken,
dat de wind doet, voor hij tot een storm wordt.
Men ziet hem met de kleine bladen spelen,
ze jagen, wervelen, 't is of hij kijkt
ernstig op den grond waar hij zal beginnen.

„Zie eens Maria, zie eens deze draden,
hun verf, dit staal, deze machine, dit
huis met al zijne lederen riemen
tot aan het dak. Zie eens uw boezelaar.

90