Pagina:Euratom Treaty (Treaty of Rome) Dutch copy.pdf/70

Deze pagina is proefgelezen


ARTIKEL 143


Indien het Hof van Justitie vaststelt dat een Lid-Staat een der krachtens dit Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen, is deze Staat gehouden die maatregelen te nemen, welke nodig zijn ter uitvoering van het arrest van het Hof van Justitie.


ARTIKEL 144


Het Hof van Justitie oefent volledige rechtsmacht uit ten aanzien van

a) het beroep, ingesteld op grond van artikel 12, om passende voorwaarden te doen vaststellen voor de verlening van licenties en sub-licenties door de Commissie;

b) het beroep, ingesteld door personen of ondernemingen tegen de sancties die hun zijn opgelegd door de Commissie op grond van artikel 83.


ARTIKEL 145


Indien de Commissie meent dat een persoon of een onderneming zich schuldig heeft gemaakt aan een schending van dit Verdrag op welke schending de bepalingen van artikel 83 niet van toepassing zijn, verzoekt zij de Lid-Staat waaronder die persoon of die onderneming ressorteert, ter zake van deze schending maatregelen te nemen op grond van zijn nationale wetgeving.

Indien de betrokken Staat op dit verzoek, binnen de door de Commissie gestelde termijn, geen maatregelen neemt, kan de Commissie zich tot het Hof van Justitie wenden ten einde de aan de betrokken persoon of onderneming verweten schending te doen vaststellen.


ARTIKEL 146


Het Hof van Justitie gaat de wettigheid na van de handelingen van de Raad en van de Commissie, voor zover het geen aanbevelingen of adviezen betreft. Te dien einde is het bevoegd uitspraak te doen inzake elk door een Lid-Staat, de Raad of de Commissie ingesteld beroep wegens onbevoegdheid, schending van wezenlijke vormvoorschriften, schending van dit Verdrag of van enige uitvoeringsregeling daarvan, dan wel wegens misbruik van bevoegdheid.

Iedere natuurlijke of rechtspersoon kan onder dezelfde voorwaarden beroep instellen tegen de tot hem gerichte beschikkingen, alsmede tegen beschikkingen die, hoewel genomen in de vorm van een verordening, of van een beschikking gericht tot een andere persoon, hem rechtstreeks en individueel raken.

— 400 —