en aanleg, om, terwijl iedereen datgene doet wat hij het beste kan en allen samenwerken om zoo veel en zoo goed mogelijk het kapitaal van honderd gulden te doen rendeeren, onder elkander de opbrengst van den arbeid te verdeelen. In zooverre zal er in die maatschappij geen eigendom zijn als er geen middelen om te werken aan de leden worden gelaten, alle middelen zullen gezamenlijk eigendom en in gezamenlijke exploitatie zijn. De honderd gulden zullen op deze manier gebruikt honderd maal honderd gulden afwerpen, vergeleken bij de tegenwoordige wijze zal de winst, men kan zeggen, oneindig zijn. Verbeeld u eens, dat al die kranige handelslui, geniale fabrikanten, directeuren van al de private ondernemingen van tegenwoordig, dat alle menschen in een woord die zich nu bezighouden met de productie, zich vereenigden; dat hunne rijen vergroot werden door de duizendtallen van hen die door een veel eenvoudiger stelsel van distributie zouden vrijkomen om op hunne beurt direct-nuttigen arbeid te verrichten, namelijk negentig percent van de tusschenpersonen: winkeliers, grossiers, makelaars, commissionnairs, depôthouders, nog vermeerderd met negentig percent van hen die zooals het nu is bezig zijn met direct en indirect voor de veiligheid en het bewaren van de producten te zorgen; bovendien versterkt met honderd percent van de tegenwoordige ambtenaren die op den ruil van producten toezien en de belastingen in ontvangst nemen,—verbeeld u dat al deze menschen zich vereenigden om samen te werken voor allen en voor elkander, gij hebt er evenmin als ik of iemand anders, een flauw idee van hoeveel meer dan thans er voortgebracht zou worden en hoeveel meer er te verdeelen zou zijn. Maar ik wil geen economische verhandeling schrijven, gij hebt over deze onderwerpen in Bellamy's boek al het noodige kunnen lezen. Ik bedoel dat de socialisten niet willen een andere, eene gelijkmatige verdeeling van de thans bestaande rijkdommen, zij willen door een beter stelsel van voortbrenging de rijkdommen verduizendvoudigen. Nu verschillen de niet-socialisten van ons hierin, dat zij daar niet aan gelooven, zij meenen dat zulk
Pagina:FrankVanDerGoesWerk1939.djvu/65
Deze pagina is gevalideerd
61