Pagina:Geschenk voor de jeugd vol 001.djvu/25

Deze pagina is proefgelezen
9
uit salomo’s spreuken.

neemen in hen te onderwyzen, wyl zy, van natuur onweetend, en zeer bedorven zynde, uit dien hoofde verkeerd handelen. XXII. 15. De dwaasheid is in het hart des jongen gebonden: de roede der tugt zal ze ver van hem wegdoen.
19. V. Wat zou er gebeuren, als een Kind dat Onderwys verwaarloosde?
A. Als een Kind goed Onderwys verwaarloosde, wanneer het dat krygen kan, zou het zich aan beſpotting en eigen verderf blootſtellen. X. 5. Die in den zomer vergadert, is een verſtandig Zoon; maar die in den oogst vast ſlaapt, is een Zoon, die beſchaamd maakt.
20 V. Misſchien is de gelegenheid, om te leeren, in het vervolg gunſtiger voor Kinderen?
A. Als de gelegenheid om te leeren ten tyde der Jeugd goed is, waarom zal men dan op eene andere wagten, die er misſchien niet zal komen, of

wan-
A5