WILLEM VAN CAPEL volgde dat voorbeeld in 1639, met een Historisch onderwerp, zacharias met het kind jezus voorſtellende.
JOHANNES DE BONDT heeft job met zijne vrienden, op eene ſchilderij, door hem vervaardigd, aan het St. Hiobs-Gasthuis, in 1641, geſchonken.
JOHANNES DE VEER gaf ook in hetzelfde geſticht een kunstwerk van zijne hand, verbeeldende andromeda, in het jaar 1642.
JOHAN BAAK HATTIGH vereerde, in 1642, het veelgemelde Gasthuis eene proef van zijn kunstvermogen, beſtaande in een landſchap, met beeldjes geſtoffeerd, in de manier van poelenburg; en in dien ſtijl was ’er voorheen een fraai ſtukje van hem in de beroemde kunstverzameling van den Heer jacques meijer, te Rotterdam.
Het zal misſchien vreemd ſchijnen, dat wij het laatst voorgemelde twintigtal der Utrechtſche Schilders in onze kunstgeſchiedenis geplaatst hebben, daar wij zoo weinig van hunne levens- en kunstbedrijven konden vermelden. Wij hebben het echter voegzaam geacht, om de volgende redenen, die wij ook op andere gedeelten van ons werk toepasſelijk maken.
Vooreerst oordeelen wij de voorſtelling van alle meesters, die voor Kunstſchilders moeten erkend worden, van het hoogst aanbelang te zijn voor de grondige kennis onzer kunstſchole; ten andere, zoo is de kennis van alle kunstbeoefenaars, en de ſoorten der onderwerpen, waarop zij zich voornamelijk
