Pagina:HuygensCornelieDarwinMarx1901.djvu/91

Deze pagina is gevalideerd

80

Deze aanvangswoorden van het Kommunistisch Manifest geven in hoofdlijnen aan de grootsche cultuurontwikkeling. De maatschappelijke worstelingen: deze, de eeuwen overbruggende, natuuropenbaringen, te willen terugleiden tot de proportiën van het dagelijksch economisch en politiek geharrewar tusschen de individuen van een zelfde generatie, te willen aannemen, dat de natuurlijke teeltkeuze, die in het natuurleven werkt met overgangen zóó geleidelijk en onnaspeurlijk, dat, volgens Darwin, een zichtbare natuurvariëteit—eerste verschijningsvorm van een nieuw ontstaande soort—slechts het gevolg kan wezen van tallooze voorafgaande onzichtbare variëteiten in vorm of organische structuur—dit te doen, kan slechts het werk wezen van ideologen en individualistisch begrijpenden, die de individuen, ieder op zichzelf, beschouwen als oorsprong en einddoel tevens, in plaats van ze te beschouwen als atomen die—hoewel ieder atoom vormt een individualiteit op zich zelf—behooren tot een complex van verschijnselen, bestemd om in de algemeene ontwikkeling hun taak te vervullen.

Vandaar dat het zoeken der burgelijk-denkende Darwinisten naar de werkingen der natuurwetten in de menschelijke samenlevingen tot dusverre onvruchtbaar bleef. Als natuurvorschers stonden zij onpartijdig tegenover de natuurverschijnselen, doch hun klasse-bewustzijn deed hen uit den aard der zaak blind blijven voor de diepere beteekenis der historische verschijnselen.

Zij meenden in vollen ernst, dat het geld, een ruilmiddel, niet zelden door eenige gewaagde speculaties of wel-