145
godsdienst fatsoenshalve niet over boord gooide, in de halfslachtige verzoening van wetenschap en geloof, beproefd door de moderne theologie[1] voldoening vond voor haar geestelijke nooden. Hij overwon van beiden den godsdienst, de moraal, de mventies en de huichelarij. Hij overwon de burgerlijke wereld in gedachte en in stijl, in vorm en in wezen, geheel en al, en zijn matelooze ijdelheid was verschoonbaar, want de overwinning was geen kleine en hij plantte naar eigen woord een nieuwe banier in Nederland.[2] Maar uit de Indische samenleving bracht hij mee de idee van het despotisme, demokratischen zin dáár opdoen was wel niet mogelijk, en in Nederland vond hij niet de arbeidersbeweging die hem zou hebben opgevoed en een steunpunt verschaft. Hij vond geen ander steunpunt dan in zichzelven: zoo was hij veroordeeld, tusschen de idee van despotisme en die van uiterst individualisme te dobberen. De sociale misére wreekte zich nog anders op hem, dan dat zij hem maakte tot een wortelloozen zwerver. Zijn welgeslaagde poging de bourgeoisie en de kleine burgerij te overwinnen, voerde regelrecht, artistiek in den stijl, intellektueël in de politiek, tot de theorie en de praktijk van het anarchisme: Multatuli is zij geestelijke vader in Nederland.
- ↑ "Léve banniere, n'en suivre ne peux." (Over vrij-arbeid).
- ↑ Die intusschen toch dit goede heeft gehad, dat zij de meest scherpzinnigen onder hare beoefenaars tot de wetenschappelijke bijbelkritiek en vooral tot studie van de geschiedenis der godsdiensten voerde en in de laatste jaren door den stijgenden invloed der arbeidersbeweging in het openbare leven, de konsekwent-denkende en oprechte karakters onder de moderne predikanten bracht tot de sociaal-demokratie.