Pagina:Kartini - Door Duisternis Tot Licht (1911).djvu/140

Deze pagina is proefgelezen

116

daarvoor hoeft u niet opgeleid te worden? U kan het uit u zelf wel worden!"

Voor studie ben ik helaas te laat, maar ik mag immers niet omzien, nietwaar, ik moet "mijn blik omhoog richten en eenvoudig voorwaarts gaan". Stella, Stella, laat me niet los, houd mijn hand in de uwe, leid me; van jou gaat een kracht uit, die me bezielt, laat me niet alleen! Als er van mij wat terecht komt ooit, dan is dit je werk, lieveling!

Mevrouw sprak lang met me over alles en wat jij en ik zoo vaak met elkaar bespraken "de vrouw". Toen wij dien avond van elkaar gingen om naar bed te gaan, nam zij mijne hand in beide hare, drukte die met warmte en sprak: "vriendin, wij zullen nog weer op dit punt terugkomen, ik zal u vaak en veel schrijven, wil u hetzelfde aan mij doen? Vertel me veel, vertel me alles." Den volgenden ochtend brachten we haar weg, en in de drie uren, dat we met haar in 't rijtuig en in de tram zaten, hebben wij, zij en ik, zooveel met elkaar afgepraat. Hoewel 't reeds 12 uur was, toen wij den vorigen avond van elkaar gingen, had ze haar man toch alles verteld, wat ze van ons wist.

"O, Regent", riep ze telkens, "geef me toch uwe dochters mee, laat haar op Batavia komen bij me. Toe, laat deze jonge dame bij me komen, ik zal haar zelf komen halen."

En Vader zei haar, dat hij er over dacht om dit jaar nog naar Batavia te gaan, "doch zij blijft bij Mama