Pagina:Kartini - Door Duisternis Tot Licht (1911).djvu/144

Deze pagina is proefgelezen

120

Tiga Soedara was en ik kreeg een pluimpje voor mijn werk in de "Locomotief" (een dagblad hier in Indië). Ik vond 't vervelend, ik had 't zoo graag geheim willen houden, dat ik pende. Ik vind het heusch vervelend om er over aangesproken te worden. Men mag mij aanstellerig vinden, maar waarlijk ik ben niet van complimenten gediend. Maar dat bericht in de krant heeft toch ook zijn goeden kant, en een zéér goeden ook, want zie, verleden maand werden Vader twee nommers van een nieuw tijdschrift voor Inlanders gezonden, met verzoek ze ons te geven en een brief waarin de medewerking van "Tiga Soedara" werd verzocht. Het is het eerste Nederlandsche tijdschrift, dat voor Inlanders is opgericht. Wensch me geluk met de verschijning van dit blad, ik verwacht veel heil van de "Nederlandsche Taal" voor mijne landgenooten, voor ons Inlanders. Het is in den trant van onze Lelie! Hollandsche bloem, tot in 't verre Indië, dringt uw geur en schoonheid door! De "Echo", nu de "Nederlandsche Taal"! Je kunt begrijpen, dat ik den redacteur en oprichter (directeur der hoofdenschool te Probolinggo) een enthousiasten brief schreef en mij beschikbaar stelde voor zijn blad. En daar net werd mij een brief van hem gebracht, waarin hij opgave deed van de onderwerpen die hij graag door mij behandeld zag. En Stella, denk eens, 't eerste wat ik las, was: "Inlandsch Onderwijs voor Meisjes"; daarna "Eene Inlandsche Instelling" en "Javaansche kunst". "Kartini, zeg niet, ik kan niet,