Pagina:Kartini - Door Duisternis Tot Licht (1911).djvu/46

Deze pagina is niet proefgelezen

24

eischt een langdurig verblijf in het Westen, en[Pg 15] daartoe hebben wij de middelen niet. Wij hebben onze oogen te hoog opgeslagen, nu moeten wij de gevolgen ervan maar zelf dragen. Waarom gaf God dan talenten, als men alle middelen missen moet om ze te ontwikkelen. Mijn beide zusjes hebben heelemaal zonder eenige leiding 't aardig ver gebracht in het teekenen en schilderen—volgens deskundigen—ze zouden zoo graag zich daarin verder willen bekwamen. Hier op Java bestaat daartoe geen gelegenheid, en naar Europa gaan kunnen we niet. Om dat grapje te doen, heeft men noodig de toestemming van Z.E. den Minister van Financiën en Z.E. geeft die niet. Wij moeten dus maar zelf zien vooruit te komen.

O, Stella, weet je wat het is, iets vreeselijk graag te willen, en dan je onmacht te voelen? Als Vader 't kon, ik twijfel niet, of Vader zou ons zonder aarzelen naar je ver en koud land gezonden hebben. Ik schilder en teeken ook, maar mij trekt oneindig meer dan 't penseel de pen aan. Begrijp je nu, waarom ik zóó verlang, meesterschap over je schoone taal te bezitten? Neen, maak me maar niets wijs. Ik voel mijne onmacht zelf al te wel. Wanneer ik meesterschap over de Nederlandsche taal bezat, dan was mijn toekomst verzekerd. Een ruim arbeidsveld lag dan voor mij open en ik ware een vrij menschenkind. Want zie—ik als een geboren Javaansche, weet alles van de Inlandsche wereld. Een Europeaan, hoe lang ook op Java gewoond hebbende, en onbekend met de Inlandsche toe-