De kuikens zijn zeer klein, maar, even als die der twee genoemde rassen, zeer vlug, en groeijen spoedig.
Er bestaan van deze drie wit en zwart geteekende Hoenders nog variëteiten, of, naar men wil, bijrassen, die enkele, in plaats van dubbele kammen hebben.
Zilverpels-Hennen ziet men dikwijls gepaard met een Haan, die alle raskenmerken bezit, behalve dat de staart wit is; de daaruit voortspruitende jonge Hennen zijn, als eigenlijke Zilverpellen, even fraai, maar de Hanen krijgen bonte staarten en zijn voor den liefhebber minder waard.
Geheel witte Pellen (witte Haan met witte Hennen) zijn zeldzaam, en de onder dien naam doorgaande voorwerpen zijn gewoonlijk uit andere gekruiste rassen ontstaan.
De Zilverlaken-Fazant (Phasianus nyctemerus) paart wel eens met de Hennen van genoemde rassen, en omgekeerd de Hanen dezer laatste met het wijfje van genoemden Fazant. In het eerste geval hebben de Bastaard-Hanen nagenoeg de kleuren der moeder, maar minder of onregelmatig geteekend zwart, een liggenden staart en roode pooten.
Als de Hoender-Hanen met de Fazant-Hen paren, komen de kleuren der daaruit voortspruitende jongen meer met die der moeder overeen. Een zoodanig voorwerp, in 't bezit van zekeren liefhebber hier te lande, en uit den Zilverpels-Haan geteeld, had de volgende bijzonderheden: het ligchaam geheel wit en graauw gepoederd, met een verlengden, maar dunnen kam (nagenoeg als bij den Fazant-Haan) van eene donker roode kleur; de staart meer opwaarts gerigt en de langste veêren met de uiteinden naar buiten gekeerd en eenigzins vorkvormig; alle staartpennen wit, zwart en aschgraauw gestreept en gevlekt; de vleugelpennen van dezelfde kleur; pooten flets rood en met sporen, zoodat het een mannelijk voorwerp toonde te zijn. Dit product paarde, of liever trachtte te paren met eene Zilverpels-Hen, welke wel is waar eijeren voortbragt, doch eijeren die natuurlijk geene kiem konden bevatten.