daarbij maat en wijze van kloppen van den vogel zooveel mogelijk nabootsende.
De eigenlijke Spechten worden over den geheelen aardbol, behalve in Australië, aangetroffen. Op Madagascar vindt men slechts ééne soort, als vertegenwoordigster der Spechtenfamilie.
Men verdeelt de Spechten in verschillende ondervormen of geslachten; daartoe behooren: de Amerikaansche Langnek- of Reuzenspechten (Campephilus), de Dwergspechten (Picumnus), de Krombekspecht (Colapses), de Drieteenige Specht (Apternus) en de Grondspechten (Geocolaptes), terwijl men ze, volgens hunne kleuren, eveneens in ondergeslachten verdeelt, zoo als: de Zwarte Spechten (Dryocopus), de Zijdeveêr- of Glansveêrspechten (Melanespes), de Bonte Spechten (Dendrocopus, Dendrodomas, Pipsipicus en Piculus) en de Groene Spechten (Gecinus of Chloropicus). Tot de laatstgenoemde afdeeling behooren o.a. de Groote en de Kleine Groene Specht (Picus of Gecinus viridis en canus), Levaillant's en Sharpe's Groene Specht (G. Levaillanti en G. Sharpei); G. airokera van Japan, G. Synamatus uit Nepaul, en G. dimidiatus van Java.
Onze Groene Specht bewoont, behalve Siberië, geheel Europa, doch de voorwerpen uit het Zuiden van Spanje verschillen van de gewone of type door het grijze, in stede van zwarte, van oog- en wangstreek en van de vlek aan den mondhoek. Dit is de Gecinus Sharpei der latere schrijvers. In het overige Zuiden en Zuid-Oosten van Europa worden Groene Spechten aangetroffen, die er nagenoeg eveneens uitzien als de Spaansche variëteit, doch met deze uitzondering, dat het mannetje den geheelen bovenkop glanzend rood heeft, terwijl bij beide seksen de knevelvlek zwart is, zonder eenig spoor van rood. Deze vogel (P. Levaillanti) bewoont ook Arabië, is dus in ons werelddeel slechts een toevallig bezoeker, en wordt dan ook algemeen als eene standvastige soort beschouwd. In Turkije en Griekenland komt echter ook de type voor, zoodat daar twee verschillend gekleurde Groene Spechten gevonden worden.
Het talrijkst komt de Groene Specht in het Zuiden van Engeland en in Denemarken voor. In ons vaderland is hij evenmin zeldzaam, en zeker wel de meest algemeene der Spechtsoorten. Dikwijls bespeurde ik hem in het najaar op de publieke wandelwegen nabij Rotterdam, 's Gravenhage en Leiden. In Noord-Braband daarentegen is weer de Groote Bonte Specht meer algemeen, doch ook wordt er nu en dan de Groene soort waargenomen. In Gelderland, op eene der buitenplaatsen nabij Arnhem, ontdekte ik twee nesten, in beide waren