Pagina:La Rochefoucauld - Œuvres, Hachette, t1, 1868.djvu/317

Deze pagina is gevalideerd

dat we geen slechte eigenschappen hebben, en onze vijanden geen goede, maar op de keper beschouwd zijn we nogal geneigd dat te geloven.

  • 398. Van al onze gebreken is die waar we ons het makkelijkst bij neerleggen de luiheid: we maken onszelf wijs dat zij verwant is aan alle vreedzame deugden, en dat zij, zonder deze te vernietigen, slechts het effect daarvan opschort.
  • 399. Er is een vorm van uitblinken die niet van het lot afhangt: het is een soort zelfbewustzijn dat ons kenmerkt en dat ons lijkt voor te bestemmen voor grote dingen; het is een prijs die we ongemerkt aan onszelf toekennen; het is door deze eigenschap dat we de achting van de anderen afdwingen, en zij is het gewoonlijk die ons meer boven hen plaatst dan afkomst, ereambten of verdiensten.