Pagina:Longinus - Over de verhevenheid.pdf/15

Deze pagina is proefgelezen

leven en eene veilige verblijfplaats aanbood onder beding, dat zij de stad, binnen zekeren tijd, aan hem zou overleveren. Hierop zond Zenobia hem dat beroemde antwoord, vol van eene edele fierheid, terug, ’t welk men zegt dat haar door longinus werd ingegeven, althans aan dezen, zoo als wij straks zien zullen, het leven gekost heeft. Hetzelve was van den volgenden inhoud.

Zenobia, koningin van het Oosten, aan den keizer Aurelianus. Niemand heeft tot hiertoe een’ eisch gedaan, gelijk aan den uwen. Alles moet in den oorlog door dapperheid beslist worden. Gij vordert mijne overgave, even als of gij niet wist, dat Cleopatra liever als koningin sterven, dan in eenige andere waardigheid leven wilde. Wij wachten op de hulp der Perzen, welke ons voorzeker niet ontstaan zal. De Saraceners en Armeniërs zijn op onze zijde. Eene bende Syrische roovers heeft, Aureliaan, uw leger verslagen. Wat staat u te duchten, wanneer deze verwachte hulptroepen van alle zijden zullen aankomen? Dan voorzeker zult gij dien hoogmoed afleggen, waarmede gij thans, als waart gij reeds volkomen overwinnaar, mij gebiedt, mij aan uwe magt over te geven.” Deze onversaagde taal verstoorde den keizer derwijze, dat hij van toen af geene middelen tot vermeestering der