Pagina:Marcellus Emants - Een nagelaten bekentenis (1894).djvu/46

Deze pagina is gevalideerd

Waldteufel. Voor mij wekt niets beter dergelijke aandoeningen op als ik zocht, dan deze sensuele, zwaarmoedige en toch zo dartele muziek. Het kwam er nu maar op aan in deze wereld door te dringen en zijn verschillende tekens en gebruiken, die zonder afspraak allengs een geheime taal en etikette hadden gevormd, te leren kennen.

Zolang ik nog thuis over dit alles nadacht, was er veel in, dat me machtig aantrok en twijfelde ik niet aan de genietingen, die me wachtten.

Zodra ik over de grenzen was, trad mijn ellendige lafhartigheid, een spottende kwelduivel gelijk, me weer vermanend in de weg. Toen doorleefde ik lange, lege dagen en ik liep rond als door een donker bos, zoekend naar de ingang van een betoverd kasteel.

Waar moest ik nu heen om de avonturen te vinden, die me emotie's konden verschaffen?

Naar de deftige table-d'hôtes, waar 't zo stil was, dat ik niet eens fluisterend mijn buurman om het zout durfde vragen?

De vuile, slecht verlichte straten in, om aangeklampt te worden door een dier hongerige, opgedirkte, teringachtige schepsels, waarvan ik gruwde?

Naar de volle comedie's, waar 't me niet mogelijk was de onverzelde vrouwen te onderscheiden en slechts—naar 't me voorkwam—bekenden elkaar toespraken?

Niet zonder een zenuwachtige verwachting toog ik eens heel laat naar een café-chantant; maar toen ik gezien had, dat daar de vrouwen zich bij „habitué's" aansloten, terwijl ik alleen werd gelaten achter mijn glas grog, was 't me, of ook hier de isolerende tovercirkel me omgaf en ging ik onverrichterzake weer heen, bijna zeker, achter mijn rug te worden uitgelachen.

Wat dan toch te doen?

Teruggekeerd in mijn hôtelkamertje, besefte ik duidelijk mijn onmacht om een enkele stap te zetten, die me tot de verwezenlijking van mijn droombeelden kon doen naderen.

Mijn hoop bleef dus gevestigd op het toeval.

42