Pagina:Max Havelaar of de Koffiveilingen der Nederlandsche Handelmaatschappy (vyfde druk).djvu/146

Deze pagina is gevalideerd
134

myn plichten als vader stipt vervul, en dat de zedelyke opleiding myner kinderen me zeer na aan het hart ligt. Daar nu Frits sedert eenigen tyd in toon en manieren iets heeft aangenomen, dat me niet bevalt — ’t komt alles uit dat verwenschte pak! — heb ik hem eens goed onder-handen genomen, en gezegd:

«Frits, ik ben niet over je tevreden! Ik heb je altyd het goede voorgehouden, en toch wyk je van den rechten weg af. Je bent pedant en lastig, en maakt verzen, en je hebt Betsy Rosemeyer een zoen gegeven. De vreeze des Heeren is ’t beginsel van alle wysheid, je moet dus de Rosemeyers niet zoenen, en niet zoo pedant wezen. Zedeloosheid brengt ten verderve, jongen. Lees in de Schrift, en let eens op dien Sjaalman. Hy heeft de wegen van den Heer verlaten: nu is hy arm, en woont op een klein kamertje…ziedaar de gevolgen van onzedelykheid en slecht gedrag! Hy heeft verkeerde artikels in de Indépendance geschreven en de Aglaia laten vallen. Zoo gaat het, als men wys is in zyn eigen oogen. Hy weet nu niet eens hoe laat het is, en zyn jongetje heeft maar een half broekjen aan. Bedenk dat je lichaam een tempel Gods is, en dat je vader altyd hard heeft moeten werken voor den kost — ’t is de waarheid! — sla dus ’t oog naar boven, en tracht optegroeien tot een fatsoenlyk makelaar, als ik naar Driebergen ga. En let toch op al de menschen die niet hooren willen naar goeden raad, die godsdienst en zedelykheid met voeten trappen, en spiegel je aan die menschen. En stel je niet gelyk met Stern, wiens vader zoo ryk is, en die altyd geld genoeg zal hebben, al wil hy geen makelaar worden, en al doet hy nu-en-dan eens wat verkeerds. Bedenk toch dat al het kwade gestraft wordt: zie maar weer dien Sjaalman die geen winterjas heeft, en er uitziet als een komediespeler. Luister toch goed in de kerk, en zit daar niet zoo heen-en-weer te draaien op je bank, alsof ’t je verveelde, jongen, want…wat moet God daarvan denken? De kerk is Zyn heiligdom, zie je? En wacht geen jonge meisjes op als ’t uit is, want dit neemt de stichting weg. Maak ook Marie niet aan ’t lachen, als ik by ’t ontbyt uit de Schrift