Pagina:Multatuli - Ideeën I.djvu/34

Deze pagina is niet proefgelezen

24
IDEËN VAN MULTATULI.


Die modiste heette Paràbel.

Poiètès heette de vader.

En Waarheid was de naam van ’t kindje dat de moeder zoo graag aankleedde.



80. Eens liet ze 'r kind zien, en vraagde met de oogen:

— Hoe vindt ge mijn kind, mijn schat, mijn alles? Zie die kleur...
— Dat gele streepje is aardig.
— Geel?... die wangen geel?... ’t Is rose!... Geel?...
— Ik sprak van ’t jurkje.

Andermaal liet ze ’r kind zien, en vraagde met de oogen:

— Hoe vindt ge mijn kind, mijn schat, mijn alles? Zie, hoe wit... en marmer...
— Daar is teveel stijfsel in.
— Stijfsel in de armpjes van mijn kind?
— Ik sprak van ’t jurkje.

Weder liet de zorgvuldige moeder haar kind zien, en vraagde met de oogen:

— Hoe vindt ge mijn kind, mijn schat, mijn alles? Zie die vormen... zie die ronding... die lijnen...
— Te kort van lijf.
— Mijn kind te kort van lijf?...
Ik sprak van ’t jurkje.

Toen werd de moeder verdrietig. Het bedroefde ’r dat men haar kind niet zag. Wel tooide ze graag haar lieveling, maar ’t smartte haar dat die tooi belette haar kind te zien.



81. Smart maakt onbillijk. Paràbel werd boos op Poiètes — die ’t niet helpen kon. Zij scheidde van tafel en bed, en nam haar meisjesnaam aan: Ameleia.

Zij scheurde den kleine ’t valsche jurkjen af, dat de aandacht wegstal. .