Pagina:Multatuli - Indrukken van den dag - 2.djvu/15

Deze pagina is proefgelezen

53

„Maar niet alleen dáárom betreur ik het overlijden van den afgevaardigde Stolte.

„Want ik vertrouw dat deze betuiging zal mogen worden uitgesproken bij het graf van elken afgevaardigde.

„Neen, niet omdat hij gedaan heeft wat hij kon, maar omdat hij iets kon.

„De heer Stolte was, — men vergeve mij de banaliteit van mijn lof, — de heer Stolte was eene specialiteit.

„Ja, zóó banaal is die lof, dat hij denken moet aan ironie, want ook hier weder heeft het misbruik veel goeds bedorven.

„Ik huldig in vollen ernst de specialiteit van den heer Stolte, en ik wensch dat dusdanige specialiteiten meermalen hunne stem mogen doen hoor en in de raadzalen der volksvertegenwoordiging.

„Sedert bijna twintig jaren en meer bepaald sedert 1848 volg ik met inspanning de gedachtenwisseling dergenen, die zich bij de behandeling van Indische zaken op den voorgrond stellen, en hoe vaak ik ook verschilde van inzigt met den thans overleden afgevaardigde uit Amsterdam, is mij nooit in de gedachte gekomen hem toe te voegen wat mij wel eens op de lippen zweefde waar anderen spraken: „Gij zijt onbevoegd.”

„Ik weet dat enkele tegenstanders op meer geestige dan gepaste wijze hem trachtten bespottelijk te maken, daar hij eenmaal zich ontvallen liet dat hij ter hoogeschool had gegaan op de baleh-baleh.

„Ik trek partij voor die hoogeschool — helaas! pro aris et focis — ook ik ben daar student geweest.

„Vergeeft het ons, gij die u koesterdet aan de borst eener andere alma mater, vergeeft het ons dat wij het