53
geen spoor ontdekken van Austria Sound en Rawlinson's Sound was evenmin te vinden.
Geen wonder dus, dat ik tot het besluit kwam, dat er een belangrijke vergissing moest gemaakt zijn in onze lengtebepalingen. Hoe dat mogelijk kon wezen, was mij niet recht duidelijk; maar ik kwam tot de conclusie dat òf onze horloges in den laatsten tijd niet goed geloopen hadden, of dat wij in de drie dagen vóór den 12en April een zeer belangrijk eind ver waren voortgedreven.
Wat daarvan zij, ik kon niet anders dan vooronderstellen dat wij hier gekomen waren aan de onbekende Westkust van Franz Jozefsland, of op het geheimzinnige land dat op de kaarten altijd Gillisland wordt genoemd en gewoonlijk is aangeduid tusschen Franz Jozefsland en Spitsbergen.
Maar van één ding was ik zeker, namelijk dat wij, door koers te zetten naar het Zuid-zuidwesten, eindelijk op Spitsbergen moesten komen, het einddoel van onzen tocht, waar wij Noorsche walvischvaarders zouden vinden die ons mee konden nemen naar huis. Wij gingen dus verder, nu eens pagaaiende, dan weer sleëende over het ijs, naar het Westen, door een zeeëngte op 81° 30' N.B. gelegen. Toen wij daar doorheen waren, kwamen wij aan een wijde uitgestrektheid open water en wij roeiden daarover in zuid-westelijke richting, langs de Noord-west-