Pagina:Nederlandsch kruidkundig archief.djvu/425

Deze pagina is niet proefgelezen

405

over de houtanatomie, een destijds zeer vaak ter hand genomen onderwerp. Ofschoon hij van dit vrij droge materiaal maakte wat hij kon, was dit onderzoek niet beslissend voor zijn verderen levensloop. Nu brak de tijd aan zich een werkkring in de Maatschappij te verschaf- fen, waarmede hij eerst een bevredigend resultaat kreeg als leeraar in Plant- en Dierkunde te Amsterdam. In 1878 verwisselde hij deze betrekking bij het Middelbaar Onderwijs te Dordrecht, waar hij docent werd aan de H. B. S., het Gymnasium en de H. B. S. voor meisjes. Het was hier dat ik Boerlage persoonlijk leerde ken- nen, omdat ik destijds onder zijne leerlingen behoorde. Als jongen die in zijn vak genoegen vond, gevoelde ik mij ook daardoor tot hem aangetrokken, doch had ook toen dikwijls medelijden met den man, die zoo zijn best deed, doch door mijn medeleerlingen zoo weinig geap- precieerd werd. Boerlage was voor docent te goed, daarbij was zijn geheele voorkomen en zijn spraak een oorzaak dat de bestgezinde soms werd meegesleept door het komische van den toestand. Doch er zijn maar wei- nig jongelui die lastig zijn uit werkelijken lust tot pla- gen en toen dan ook Boerlage meende dat zijn roe- ping niet in het doceeren te vinden was, boden zij den weggaanden leeraar een aangename herinnering aan. Dat gebeurt niet veel, doch bewijst meer dan een lang betoog voor het nobele karakter van zijn persoon.


Ned. Kruidk. Archief. 3e Serie. II. 2e Stuk. 27