Pagina:Opstellen over de Wereldtaal.pdf/60

Deze pagina is proefgelezen

ga jij der sakkerjuus van door! En zulke uitdrukkingen van de spraakmakende gemeente trachten die geleerden dan te doen voorkomen als reine uitingen van den geest der taal! Daarom zegt Tylor dan ook te recht: „De taal der beschaafden is niets anders als de taal der wilden, in haar wezen min of meer verbeterd, in haar woordenschat vrij wat uitgebreid, in de beteekenis der woorden meer bepaald; maar zij is een dier velden van geestelijke werkzaamheid, waarop wij nog slechts weinig boven den staat der wildheid zijn gekomen, en waarop wij zelfs nog tegenwoordig arbeiden met een door draaien of wrijven voortgebracht vuur.”

Zou 't niet goed zijn, als wij die taal der wilden, der soldaten, der matrozen, der straatjongens, der bakers en kindermeiden, maar lieten voor 't geen zij is; zou 't niet goed zijn, als wij, in plaats van naar die spraakmakende gemeente te luisteren, of, zooals het ook heet, een studie te maken van folk-lore, luisterden naar hetgeen er, eenige maanden geleden, zoo geod gezegd is in the American Philosophical Society? Ziehier: „de tijd is niet meer ver, waarin éen stelsel van maten, gewichten en munten, éen verdeeling van den tijd, éen plan van electriciteits-meting, éen wetboek van internationaal recht, éen wijze van quarantaine en hygiène, éen costuum zullen heerschen in de geheele beschaafde wereld, en met die eenheid van handeling moet en zal er komen éen taal. Dit is niet slechts wenschelijk; het is zeker, dat het zal gebeuren. Als verstandige, zelf-bewuste wezens, die zoowel vooruit als achteruit zien, past het ons onze vermogens te gebruiken om den stroom der dingen zóo te richten, dat die éene algemeene taal niet overgelaten worde