Pagina:Ornithologia Neerlandica 1.djvu/73

Deze pagina is proefgelezen
29
 

Familie PROCELLARIIDAE - STORMVOGELS.

 

Van deze familie zijn vertegenwoordigers van de Procellariinae, de eigenlijke stormvogels, en van de Hydrobatinae, de stormzwaluwen, in ons land waargenomen. Tot de eerstgenoemde behooren verreweg het meerendeel der stormvogels. Het zijn vogels meestal ter grootte van een kokmeeuw, soms kleiner, soms grooter, wier neusbuis op den rug van den bovensnavel gelegen is. De pooten zijn tamelijk groot en van vier teenen voorzien, waarvan de achterteen zeer klein is; de 3 voorste teenen zijn door zwemvliezen vereenigd. De snavel is soms tamelijk kort en dik, soms lang en dun, steeds van een scherpen haak aan het einde voorzien. De vleugels zijn lang en smal, de eerste slagpen is de langste of even lang als de tweede. Tot de Procellariinae behooren de in ons land waargenomen vertegenwoordigers van de genera Fulmarus en Puffinus. De Hydrobatinae zijn kleine vogels ter grootte van een gierzwaluw of hoogstens van een dwergstern, met lange, smalle vleugels en tamelijk lange pooten; de snavel is tamelijk kort, evenzoo het neusbuisje. De tweede slagpen is steeds de langste. Hiertoe behooren de genera Hydrobates en Oceanodroma.

 

Tabel ter bepaling der genera.

1. eerste slagpen de langste of even lang als de tweede ........................................ 2
tweede slagpen de langste ........................................ 3
2. snavel kort en dik, neusgaten niet naar boven gericht,
14 staartpennen,
.................... Fulmarus.
snavel lang en slank, neusgaten schuin naar boven
gericht, 12 staartpennen
.................... Puffinus.
3. staart afgerond of recht afgesneden .................... Hydrobates.
staart min of meer diep ingesneden .................... Oceanodroma.