De Koningin daar was een maagd die de zorg voor het koninkrijk had toegewezen aan een van haar raadgevers. Mijn oom presenteerde de Spiegel aan deze maagd en sprak met haar over al zijn deugden, die hij echter buiten zijn eigen koninkrijk niet kon demonstreren.
In de belangrijkste stad van dat land, die dicht bij de kust lag, verscheen elke dag bij zonsopgang een grote, open Hand boven de zee, die tot zonsondergang bleef op de plek waar hij tevoorschijn kwam. Aan het begin van de nacht naderde de Hand de kustlijn en nam een man mee de zee in; en dit gebeurde voortend. Sinds die tijd was daarom een groot aantal mannen in dat land verloren gegaan. Bijgevolg waren de mensen erg verdrietig en bedroefd en ze besloten de Spiegel naar de kustlijn voor de Hand te brengen, in de overtuiging dat dit misschien het probleem zou kunnen oplossen. De Spiegel voor de Hand plaatsen had dit voordeel, dat daarvoor de Hand één man per dag had meegenomen, en daarna een paard of een os en niet langer een man.
Nu wenste mijn vader de Spiegel terug te krijgen, aangezien zijn koninkrijk zijn eerdere geluk had verloren en hij stuurde een van zijn ambassadeurs naar de Koningin om haar een grote schat aan te bieden als ze bereid was de Spiegel naar hem terug te sturen. De ambassadeur redeneerde uitvoerig om haar te overtuigen; vooral door haar te laten zien dat de Spiegel haar land geen enkel voordeel kon brengen, terwijl zijn koninkrijk zijn vroegere staat en rust zou herwinnen.