Pagina:Phänomenologie des Geistes (IA phanomenologiede00hege).pdf/184

Deze pagina is proefgelezen

tweede voorwerp zelf moet worden. Daarentegen het anders zo schijnt te zijn dat wij de ervaring van de onwaarheid van ons eerste begrip opdoen aan een ander voorwerp dat we toevalligerwijs en uiterlijk misschien vinden, zodat in het algemeen slechts het zuivere opvatten van wat op en voor zich is in ons terechtkomt. Volgens die eerste visie echter toont zich het nieuwe voorwerp als geworden door een omkering van het bewustzijn zelf. Deze beschouwing van de zaak is ons toevoegsel, waardoor de reeks van ervaringen van het bewustzijn zich verheft tot een wetenschappelijke gang, die niet voor het bewustzijn is dat we beschouwen. Dit is echter inderdaad ook dezelfde omstandigheid waarvan boven reeds sprake was ten aanzien van de verhouding van deze weergave tot het scepticisme, dat namelijk het iedere keer plaatsvindende resultaat dat blijkt bij een niet waarachtig weten niet mag samenvloeien in een leeg niets, maar noodzakelijk moet worden opgevat als het niets van datgene waarvan het resultaat is: een resultaat dat bevat wat het voorafgaande weten aan waars aan zich heeft. Dit doet zich hier zo voor dat, doordat wat eerst als het voorwerp verscheen, voor het bewustzijn afzakt tot een weten van dat voorwerp, en doordat het op-zich tot een voor-het-bewustzijn-zijn van het op-zich wordt, dit het nieuwe voorwerp is, waarmee ook een nieuwe gestalte van het bewustzijn optreedt, waarvoor iets anders het wezen is dan voor de voorafgaande gestalte. Deze omstandigheid is het die de hele volgorde van gestalten van het bewustzijn in haar noodzakelijkheid leidt. Slechts deze noodzakelijkheid zelf, of het ontstaan van het nieuwe voorwerp dat zich voordoet aan het bewustzijn, zonder te weten wat het overkomt, is het wat voor ons als het ware achter zijn rug om gebeurt. Er komt daardoor in zijn beweging een moment van het op-zich- of voor-ons-zijn dat zich niet vertoont voor het bewustzijn dat in de ervaring zelf is gewikkeld. De inhoud echter van wat voor ons ontstaat, is voor het bewustzijn. Wij begrijpen slechts het formele ervan of zijn zuiver ontstaan. Voor het bewustzijn is dit ontstane slechts als voorwerp, voor ons tegelijk als beweging en worden.

Door deze noodzakelijkheid is deze weg tot wetenschap zelf reeds wetenschap en naar zijn inhoud hiermee wetenschap van de ervaring van het bewustzijn.

De ervaring die het bewustzijn met zich opdoet,