INHOUD.
INLEIDING.—Over de beteekenis die Ricardo's waar- deleer had voor de ontwikkeling der economie zijn de meeningen zeer uiteenloopend. Oordeel van von Wieser p. 1. Held beschouwt Ricardo als de geestelijke vader van het collectivisme p. 213. Het gevoelen van von Böhm-Bawerk en Karl Menger is hiermede overeen- stemmend p. 5. Doel van dit proefschrift is geen verde- diging van Ricardo, maar uitsluitend een onderzoek naar de vraag of er verband bestaat tusschen de waardetheorie der economie en het modern wetenschappelijk collecti- visme p. 5, 6.
HOOFDSTUK I.—De waardeleer der klassieke economie.
Ricardo's hoofdstuk On value" is niet te begrijpen,
dan wanneer men het beschouwt als commentaar op
A. Smith p. 7. Daarom moet een uiteenzetting der
waardebegrippen van dezen laatsten aan beschouwingen
over Ricardo voorafgaan. De waardetheorie van A. Smith
p. 8-11. Dat Smith alleen de ruilwaarde onderzocht,
was een principiëele fout p. 8. Beteekenis van den term
productiekosten bij Smith p. 12-14. Philosophische en
empirische waardeverklaring p. 15. Geen strijd tusschen
beide. S's arbeidstheorie is een kostentheorie voor een
praehistorische maatschappij p. 15-18. Ricardo zag hier