Pagina:Ricardo en Marx (Verrijn Stuart 1890).djvu/91

Deze pagina is niet proefgelezen

75

gunst van het weer, dat een buitengewoon rijken oogst ver- oorzaakt, de ontdekking van nieuwe productiebronnen van ongedachten rijkdom, een plotselinge en ontzaggelijke stijging opbrengst, als gevolg van technische vooruitgang, soms ook een misrekening der producenten, die in overprikkelde jacht naar winst, of in dwaze overschatting der behoefte de productie te ver uitbreiden, waardoor de een of andere "Wirthschaftszweig” tijdelijk op de dalende lijn der waardebeweging gebracht wordt".‏

Is in deze woorden een juist beeld geschetst van den tegenwoordigen economischen toestand, letten wij op de toekomst, dan is de afstand niet te overzien, die ons van het schrikbeeld eener algemeene overproductie scheidt. Immers alles wat de behoeften in aantal of in intensiteit doet toe- nemen, heeft de strekking dien afstand grooter te maken.

De behoefte nu stijgt in de eerste plaats door de toeneming der bevolking; dit is zóo voor de hand liggend, dat het over- bodig is er langer bij stil te staan; en dat werkelijk de be- volking in alle landen der beschaafde wereld (met uitzondering van het ongelukkige Ierland) voortdurend en vrij belangrijk toeneemt, is bekend.

Naast dezen algemeen werkenden en alle behoeften betref- fenden factor staan echter nog andere. Al wat de welvaart van een volk of van een klasse van menschen verhoogt, heeft, tenzij deze verhooging schijnbaar, een vermomde verplaatsing van welvaart is, invloed op de behoefte. Behoeften, wier bevrediging tot dusverre voor velen onbereikbaar geacht moest worden, komen daardoor in het bereik van dezen en wekken dientengevolge een krachtiger vraag, met daaraan verbonden prijsverhooging op, der goederen , dienende om in deze behoeften te voorzien. De productie dier goederen komt daardoor weder verder te staan van het culminatie-punt, dat boven werd aangegeven.

Verder houde men in het oog, dat iedere bevrediging van