Pagina:Stedman, Reize naar Surinamen en Guiana Vol 1 (1799).pdf/255

Deze pagina is proefgelezen

gerd lagen, en gereed stonden om de nabuurige Plantagiën aan de Cottica en Peréca te plonderen, zoo al niet om zelfs ons aan te tasten. Gevolgelyk had ik altyd eene dubbele schildwagt rondom onzen post, en ik verbood aan een ieder, zoo lang wy op deeze plaats blyven zouden, om hard te spreeken, of het minste geraas te maken, ten einde wy de geringste beweging zouden kunnen hooren, en dus, door waakzaam te zyn, ons gevaar verminderen.

Den 8sten wierd myn andere Officier, de heer MACDONALD, ziek: maar hy weigerde my te verlaaten, en naar Devil's Harwar te gaan.

Ik heb gezegt, dat wy geen Heelmeester hadden, maar dat ik eenige geneesmiddelen had medegebragt, bestaande in braakmiddelen, ontlast-middelen, en poeders, waar van ik het waar gebruik niet kende. Ik deed daar van dagelyks uitdeeling onder de soldaaten, die hunne maag met gezouten vleesch overladende, en geen lichaams-beweging hebbende, dikwils noodig hadden, dat een weinig konst aan de natuur te hulpe kwam. De Colonel FOURGEOUD beweerde, dat dit zoort van voedzel in de gewesten onder de zonne-keerkring gezonder was, dan versch vleesch, het welk door de hette in de maag bedorf, terwyl het andere veel gemakkelyker verteerde. Ongelukkig voor ons,