Pagina:Stedman, Reize naar Surinamen en Guiana Vol 1 (1799).pdf/283

Deze pagina is proefgelezen

de, dat zyn vleesch, het welk zeer wit is, en naar dat van een visch gelykt, voor de maag schadelyk mogt zyn. Ik had 'er niet tegen, dat de Negers 'er van aaten, maar ik bemerkte een zoort van misnoegen onder de zee-soldaaten, die my nog overig waaren, dat ik de groote kook-ketel had laaten gebruiken om hem te kooken. Men zegt, dat de beet van deezen slang niet vergiftig is; ik geloof zelfs, dat hy niet byt, dan wanneer hy honger heeft.

Ik zal 'er byvoegen, dat ik zyne huid op den bodem van de kano vast gespykerd hebbende, om dezelve aldaar in de zon te doen droogen, en die met asch bedekkende, om ze voor 't bederf te bewaaren, aan één van myne vrienden op Paramaribo zond, die dezelve vervolgens als een stuk van groote merkwaardigheid naar Holland gestuurt heeft.