Pagina:Troonredes Koningin Beatrix (1980-2012).pdf/161

Deze pagina is proefgelezen

Dankzij de inspanningen van de afgelopen jaren staat de Nederlandse economie er relatief goed voor. De werkloosheid is laag. Sinds het jaar 2000 is de koopkracht per huishouden gemiddeld met twaalf procent gestegen. Ons pensioenstelsel en andere sociale voorzieningen zijn solide. Alertheid blijft echter geboden.

De regering wil deze fundamenten verder verstevigen door verbetering van de concurrentiepositie, beperking van de inflatie en vergroting van de arbeidsparticipatie. De btw wordt daarom niet verhoogd. Dit maakt een verantwoorde loonkostenontwikkeling en verlaging van de werknemerspremies op arbeid mogelijk. Zo kunnen in 2009 de lasten voor burgers en bedrijven dalen.

Ook voor volgend jaar streeft de regering naar een overschot op de begroting. Dit biedt ruimte om de kwaliteit van de zorg en de financiering van de AOW op lange termijn veilig te stellen. Voor een blijvend hoog niveau van collectieve voorzieningen is dit echter niet voldoende. Daarvoor is noodzakelijk dat meer mensen aan de slag gaan. Wie kan, moet meedoen.

Er zijn personeelstekorten in de zorg, in het onderwijs en in andere sectoren. Ook daarom is er de regering veel aan gelegen de arbeidsparticipatie te verhogen. Kinderopvang blijft aantrekkelijk voor ouders die betaalde arbeid verrichten. Voor mensen met een uitkering wordt werken financieel aantrekkelijker gemaakt. Werkgevers krijgen een subsidie als ze langdurig werklozen in dienst nemen. Voor jongeren tot 27 jaar komt er in plaats van een bijstandsuitkering een passend leer- en werkaanbod. De regeling voor jongeren met een beperking wordt aangepast, waardoor zij eerder naar werk worden begeleid. Werknemers krijgen een bonus als ze na hun 62e jaar actief blijven op de arbeidsmarkt. Voor mensen met een deeltijdbaan gaat het extra lonen om meer uren te werken. Hoogopgeleide buitenlandse werknemers kunnen makkelijker in ons land aan de slag.

Het bedrijfsleven en de financiële sector zijn essentieel voor een krachtige economie. De regering maakt meer ruimte voor ondernemerschap. De belastingvrijstelling voor winst in het midden- en kleinbedrijf wordt verruimd. Het tarief in de onderste schijf van de vennootschapsbelasting gaat omlaag. Het schrappen van de eerstedagmelding is een van de maatregelen waardoor de administratieve lasten voor ondernemers verminderen. Het aanvragen van vergunningen wordt vereenvoudigd. Ook zal de regering gedurende vijf jaar aan kansrijke bedrijven ondersteuning bieden bij hun verdere groei.

Economische ontwikkeling is niet mogelijk zonder een adequate infrastructuur. De regering wil de capaciteit van wegen en spoorlijnen vergroten. Bouwprojecten die daarop gericht zijn, moeten sneller worden uitgevoerd. De regering zal een voorstel voor een nieuwe Spoedwet wegverbreding bij de Kamer indienen. Ook zullen de lasten eerlijker over de weggebruikers worden verdeeld. In de toekomst wordt het bezit van een auto minder belast en het gebruik juist meer. Volgend jaar zet de regering de eerste stap op weg naar dit systeem. De belasting bij aanschaf wordt verlaagd; de motorrijtuigenbelasting verhoogd. Hoe schoner de auto, des te goedkoper autobezitters uit zijn. Om reizen per trein aantrekkelijker te maken, komen er nieuwe stations bij en gaan er meer treinen rijden.